Een hart voor zending en evangelisatie

Jezus Christus zei vlak voor zijn hemelvaart tegen zijn leerlingen: “Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, en hun te leren dat ze zich moeten houden aan alles wat ik jullie opgedragen heb.” (Matteüs 28:19 NBV)

Met deze opdracht van hun Meester gingen de eerste leerlingen van Jezus op weg om het evangelie bekend te maken. En het is nog steeds dit ‘zendingsbevel’ dat christenen wereldwijd inspireert om de blijde boodschap te verkondigen aan alle mensen.

Uit een interview met Jan-Hein Staal, voorganger van CGN, blijkt een uitgesproken visie op de manier waarop dit zendingswerk het beste kan plaatsvinden.

Evangelisatie in Nederland

Als je zending wilt bedrijven is het logisch om de lijnen te volgen waarlangs jouw eigen bekering en verdere ontwikkeling als christen heeft plaatsgevonden. Daarom praten we eerst daarover met Jan-Hein.

Christelijke Gemeente Nederland is ontstaan als vrucht van het werk van evangelisten uit Noorwegen. In de jaren ‘50 brachten zij een boodschap over hoe Jezus Christus voor de mensen gestorven is zodat zij zich met God kunnen verzoenen en hoe Hij een weg heeft ingewijd naar een leven in harmonie met God. Jan-Hein Staal werd als 19-jarige getrokken tot dit leven en tot de gemeenschap van zulke christenen in een actief gemeenteleven. Hij vertelt hierover: “Ik had literatuur gelezen van godvruchtige mensen die eerder geleefd hadden en deels nog leefden. Dit bracht mij ertoe dat ik in de trein stapte en naar Noorwegen reisde om deze mensen te ontmoeten en naar hun boodschap te luisteren. Sindsdien heb ik de roeping gevolgd om deze boodschap verder te verspreiden.”

Verspreiding van de christelijke boodschap

Christelijke literatuur heeft vanaf de start van zijn leven als christen veel voor hem betekend en is ook van groot belang geweest bij de opbouw van de gemeente in Nederland. “Al gauw deed ik mee aan het pionierswerk dat in die tijd in de jonge gemeente in Nederland gaande was, ik vertaalde literatuur en verspreidde deze waar ik kon. Ik bezocht veel verschillende christelijke bijeenkomsten, nam deel aan het christelijke werk van de ‘Navigators’ onder studenten, belegde evangelisatiedagen en -weken met medechristenen, en schreef en drukte christelijke traktaten.”

Later schreef hij artikelen voor het maandblad ‘Verborgen Schatten’ en werd na verloop van tijd eindredacteur van dit blad. Hij schreef eveneens artikelen voor de zendingswebsite christenzijn.nl en was betrokken bij het uitgeven van literatuur in de vorm van e-boeken, om ze gratis beschikbaar te stellen. Vanwege zijn interesse voor de mogelijkheden van satelliet- en tv-uitzendingen richtte hij een stichting op ten behoeve van ‘Global Christian Broadcasting Services’ (GCBS), welke activiteiten inmiddels zijn overgenomen door tv-producent BrunstadTV, die als doel heeft om de christelijke boodschap wereldwijd te verspreiden.

Tijdens een interkerkelijke bijeenkomst in 1956 in Duitsland kwamen enkele Nederlandse christenen in contact met Elias Alaksen, een evangelist uit Noorwegen.

Belang van christelijke conferenties

CGN was nog een jonge gemeente en er was veel werk te doen om deze te laten uitgroeien tot een gemeente met een duidelijk profiel en organisatie. Jan-Hein Staal zag daarbij het belang van goede communicatie en onderlinge geloofsopbouw. “Ik reisde jaarlijks naar de internationale christelijke conferenties van Brunstad Christian Church om naar de verkondiging te luisteren en tussen de diensten door gesprekken te voeren met geloofsgenoten uit allerlei landen wereldwijd. Geleidelijk aan nam ik ook zelf deel aan de woordvoering op deze conferenties. Ik had er zelf veel voor over om op deze conferenties te kunnen zijn en begreep al gauw dat als dit voor mij zoveel betekende, zulke regionale en internationale conferenties ook voor anderen van grote waarde zouden zijn, ook voor christenen in andere werelddelen. Je kunt immers niet bouwen aan eenheid onder christenen zonder hen ook regelmatig bij elkaar te laten komen.”

Over de grens

Dit motiveerde Jan-Hein om zich in te zetten voor de aanschaf of nieuwbouw van regionale kerkgebouwen (christelijke conferentiecentra) waar christenen vanuit een grotere regio naartoe konden komen. In Nederland, maar vooral ook in de rest van de wereld waar kleinere gemeenschappen van geloofsgenoten ontstonden.

“Beroepshalve reisde ik geregeld naar Oost-Europa, en was begaan met de schrijnende armoede en sociale achterstand in deze landen. Dit heeft eraan bijgedragen dat ik vanuit mijn christelijke overtuiging een christelijk-sociale bijdrage wilde leveren in vele landen wereldwijd.” Jan-Hein werd bestuurslid van een stichting die zendingswerk kon ondersteunen, dat vanaf de 70’er jaren vanuit Nederland met name in Oostbloklanden plaatsvond. Hij reisde daarbij zelf onder andere naar Hongarije, Oekraïne en het voormalige Joegoslavië.

“Je kunt niet bouwen aan eenheid onder christenen zonder hen ook regelmatig bij elkaar te laten komen.”

Vanaf circa het jaar 2000 verbreedde de focus zich van het Oostblok naar wereldwijd, en de inzamelacties hiervoor werden internationaal gepromoot binnen de geloofsgemeenschap. Om deze wereldwijde christelijke zendingsactiviteiten en het humanitair werk te ondersteunen richtte hij met enkele anderen de stichting Wereldwijd Evangelie Werk (WEW) op die met behulp van donaties van leden van de geloofsgemeenschap uitvoering kon geven aan het wereldwijde evangeliewerk.

Jan-Hein was als bestuurslid van WEW jarenlang vooral een man met een zendingshart die ook zelf de projecten bezocht in landen als Argentinië, China, Oekraïne, India, Kameroen. Hij was in zulke landen ter plekke aanwezig om geschikte locaties voor christelijke conferenties te vinden. In 2001 stopte hij met zijn fulltimebaan om zich het grootste deel van zijn tijd als vrijwilliger te kunnen inzetten voor christelijke gemeenteopbouw en het internationale evangeliewerk. “Ik heb altijd een hart gehad voor de mensen ter plaatse. In alle werelddelen heb ik christelijke groeperingen bezocht en hielp het bestuur van diverse zendingsorganisaties om de afwegingen te maken op welke plekken en op welke momenten behoefte was aan financiële of praktische hulp.”

Jan-Hein Staal (midden) met zijn vrouw, tijdens een reis naar Argentinië, hier in gesprek over een WEW project in Paso Flores.

Inzet voor een actief gemeenteleven

Noorse evangelisten besteedden in de vorige eeuw veel tijd en geld aan de opbouw van gemeenten in onder andere Nederland. WEW werkt vanuit diezelfde visie, zo schrijft het bestuur van WEW op haar website: “Wij geloven in het belang van onderlinge geloofsopbouw tussen gelovigen. Daarom steunen we projecten die verder gaan dan alleen het brengen van de Bijbelse boodschap aan mensen die nog niet van Jezus hebben gehoord. Met de projecten die we steunen willen we randvoorwaarden creëren voor de groei van een actief gemeenteleven.”

“Onze visie is om de mensen te vinden die geïnteresseerd zijn in de Bijbelse boodschap en de woorden van Jezus in praktijk willen brengen, zodat zij hun eigen lasten en ook die van anderen gaan dragen.”

In veel gevallen levert WEW daarom steun in de vorm van een combinatie van christelijke zendingsactiviteiten, zoals ondersteuning bij de bouw van een kerkgebouw of betalingen voor kerk-tv, met humanitair werk in de vorm van opleiding en lokale werkverschaffing. Het project in Kameroen is daarvan een goed voorbeeld: het bouwproject van een christelijk conferentiecentrum werd tevens benut als humanitair trainingsprogramma om werkloze jongeren de kans te geven een vak te leren met als doel dat ze een plek op de arbeidsmarkt konden vinden om in hun eigen onderhoud te voorzien.

“Geef een man geen vis, maar leer hem vissen,” is een gezegde dat van toepassing is op ons humanitaire werk. Met andere woorden, help mensen om zichzelf te kunnen helpen. “Alleen maar financieel ondersteunen is in zekere zin het eenvoudigst, maar het helpt uiteindelijk mensen in ontwikkelingslanden niet echt verder.” Veel ‘zendingshulp’ vanuit de westerse wereld is ook wel betiteld als de nieuwe vorm van slavernij in Afrika, de mensen worden dan afhankelijk gemaakt van donaties in plaats van dat zij leren zelf verantwoordelijkheid te dragen. “Onze visie is om de mensen te vinden die geïnteresseerd zijn in de Bijbelse boodschap en de woorden van Jezus in praktijk willen brengen, zodat zij hun eigen lasten en ook die van anderen gaan dragen.”

Stichting WEW ondersteunt projecten die ervoor zorgen dat mensen over de hele wereld de Bijbelse boodschap kunnen horen en geloofsopbouw beleven aan het samenzijn rondom Gods woord.

Voorbereiding vraagt veel tijd

“Deze visie op bedrijven van zending heeft als consequentie dat het veel langer duurt voordat je projecten uitvoert,” legt Jan-Hein uit. “Dit is een van de redenen dat bijvoorbeeld het project in Kameroen zo lang heeft geduurd. Je moet immers eerst mensen vinden die interesse hebben voor de christelijke boodschap, en die onbaatzuchtig verantwoordelijkheid willen en kunnen dragen, en die dan ook zelf hun schouders onder projecten zetten en dat op hun beurt ook weer overdragen aan met name jonge christenen in de betreffende landen.”

Tegen de achtergrond van dat voorbereidende zendingswerk is het neerzetten van een kerkgebouw alleen maar het in het oog springende deel van een zendingsproject, terwijl de kern van het hele zendingswerk in direct contact met de mensen en de voorbereidende werkzaamheden vaak veel minder zichtbaar is. En doorgaans neemt dit veel tijd in beslag. “Vergelijk het met de ‘grond bouwrijp maken’ voor een bouwproject. De tijd voor een grondige voorbereiding moet je nemen, totdat je op een gegeven moment weet: nu kunnen we doorpakken.”

Niet elk voorstel of verzoek vanuit het veld past bij de visie en doelstellingen van WEW. “Zoals verzoeken om bijvoorbeeld koelkasten naar Congo te sturen. Andere zendingsorganisaties in ontwikkelingslanden kregen op die manier meer aanloop, vanwege de materiële hulp die met liefdadigheidsgeld werd bekostigd. Daar willen we niet mee concurreren,” verklaart Jan-Hein.

Het werk gaat door

Jan-Hein is sinds twee jaar geen bestuurder meer van WEW, maar verheugt zich erover dat het werk wordt voortgezet door anderen die dezelfde visie hebben en dat zij ook goede ruchtbaarheid geven aan dit belangrijke werk, zie bijvoorbeeld de vernieuwde website stichting-wew.nl.

Bekijk een film over zending en humanitair werk in Yaoundé, Kameroen. Stichting WEW heeft dit project ondersteund.